Tijdens je zwangerschap wordt het al gevraagd: “Als je kleintje er is, ga je toch wel borstvoeding geven? Borstvoeding is echt het mooiste dat er is. Je voelt meteen die hechting en je kindje krijgt de belangrijke voedingstoffen binnen.” Absoluut waar, maar is het echt zo mooi?
Mijn verhaal begint bij mijn eerste kindje Mik. Tijdens de gesprekken bij de verloskundige gaat het uiteraard ook over de keuze of ik borstvoeding wil geven of niet. Door bovengenoemde redenen wilde ik dat zeker. Alleen ... Mijn linkertepel is anders. Ingetrokken, volgens de verloskundige. Maar gelukkig heb je daar tepelhoedjes voor. Prima, dacht ik. Na de bevalling lag Mik gelijk bij mij aan de borst, de rechterborst welteverstaan.
De verpleegkundige in het ziekenhuis haalde er een tepelhoedje bij voor de linkerborst, maar het wilde niet echt lukken. Wat een gedoe zeg! Ach, dat kwam vast omdat het allemaal nieuw is en ik zoekende ben als Newborn Mama. Bij thuiskomst was de liefste kraamhulp die ik me kon wensen aanwezig. Zij had zoveel geduld om mij te helpen met die linkerborst. En Mik maar happen. Uiteindelijk bleek ik überhaupt geen tepel te hebben en was Mik zo gefrustreerd dat hij mij begon te stompen en schoppen met alle kracht die hij als klein mannetje al in zich had. Al gauw was ik het helemaal zat.
Ik kap ermee, dacht ik. Ik besloot door te gaan met één borst. Dit ging super, maar iedere keer als hij begon te huilen en ik hem wilde voeden, begon ik ook te huilen. Ik voelde me zo verschrikkelijk. Hoe kan dit nou? Dit moet toch het mooiste zijn dat er is? Uiteindelijk ben ik na tien weken voeding gestopt, met de diagnose Postnatale Depressie en het advies om antidepressiva te gaan slikken. Dit wilde ik niet. In plaats daarvan ben ik supplementen gaan slikken en was ik er snel weer bovenop.
Bij mijn tweede kindje, Sef, besloot ik gelijk met één borst te voeden. Geen geknijp, gezeur en geduw meer aan mijn lijf. Maar weer huilde ik bij iedere voeding, dat snel verdween als ik klaar was met de voeding. Dit keer had ik een andere verloskundige en ik vertelde het haar. Ook zij wist niet wat het kon zijn.
Lees ook: Waarom het helemaal geen gek idee is, om hulp te zoeken als je zelf moeder bent.
Na het gesprek ben ik het internet af gaan speuren. Ja, ook ik weet dat dat niet altijd verstandig is, maar in dit geval kwam ik op de diagnose D-TSR. Het dysfore toeschietreflex. Het knuffelhormoon Oxytocine heeft een schaduwzijde die ervoor zorgt dat, net voor en tijdens het geven van borstvoeding, je je somber en neerslachtig voelt. Hier vind je er meer over.
DIT WAS HET! Ik was niet gek of depressief! De depressieve gevoelens kwamen gewoon door het dysofore toeschietreflex. Omdat ik nu wist wat het was, kon ik elke voeding beter doorstaan en wist ik dat het daarna over was. Ik hoefde nergens over te twijfelen. Ik heb de verloskundige en mijn huisarts gebeld. Beiden hebben ze het opgezocht. Ze waren blij dat zij dit nu wisten en konden dit meenemen in hun praktijk.
Ook Sef heb ik tien weken voeding kunnen geven met één borst. Later heb ik van de verloskundige gehoord dat er nog een vrouw was die depressieve gevoelens had tijdens de voeding. Gelukkig heeft zij ook haar goed kunnen begeleiden en daardoor heeft haar kindje ook lang borstvoeding gekregen. Lieve vrouwen, luister naar je hart. Borstvoeding kan heel mooi zijn, maar het is niet iets om voor te schamen als jij het niet als iets moois ervaart. Doe waar jij je fijn bij voelt, dan voelt je kindje dit ook!
Op The Mompany Magazine delen we dit soort verhalen, omdat we als moeders niet alles weten en we openheid en transparantie willen creëren, juist om elkaar te sterken!